ROSMALEN/S'HERTOGENBOSCH - Het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch heeft 10 leden van een familie uit Rosmalen en ’s-Hertogenbosch veroordeeld tot werkstraffen en gevangenisstraffen tot 12 maanden. De Stichting Huisvesting Roma, die door 3 familieleden werd bestuurd, is veroordeeld tot een geldboete van 20.000 euro. De familieleden zijn veroordeeld voor witwassen, valsheid in geschrift en 5 van de verdachten voor uitkeringsfraude. Eén verdachte is ook veroordeeld voor diefstal van geld. Anders dan de rechtbank heeft het hof heeft 4 woningen verbeurd verklaard. De straffen en de geldboete zijn vanwege de lange duur van de strafprocedure iets lager dan de rechtbank Oost-Brabant eerder oplegde.

Melding door bank
Een melding van de bank was aanleiding voor het strafrechtelijk onderzoek. Die zag een groot aantal stortingen van grote contante bedragen in een korte periode op de rekening van de Stichting. Uit het onderzoek bleek dat de familie de afgelopen jaren veel panden had gekocht, terwijl men geen inkomen uit werk had of een uitkering.

Herkomst van het geld
Volgens de verdachten hebben zij de woningen kunnen financieren met geleend geld, door middel van inzamelingen onder Roma. Zij hoefden over die leningen geen rente te betalen en zij hoefden deze ook niet af te lossen, tenzij het pand verkocht werd, zonder dat met de opbrengst een nieuw pand werd gekocht. Dit werd onderbouwd met overeenkomsten die zowel volgens de rechtbank Oost-Brabant als het hof vals zijn.

In hoger beroep oordeelt het hof net als de rechtbank dat de verklaring van de verdachten over de herkomst van het geld niet geloofwaardig is en concludeert dat sprake moet zijn van geld met een criminele herkomst.

Verbeurd verklaarde huizen
Het OM had ook verbeurdverklaring van de woningen gevorderd. De rechtbank wees die vordering eerder af. Nu het hof oordeelt dat 4 van de panden met voornamelijk witgewassen geld zijn verkregen worden die woningen alsnog verbeurd verklaard.

Zoekgeraakte dossierstukken
Tijdens het onderzoek is veel te doen geweest over zoekgeraakte dossierstukken. De verdediging vond dat om die reden het OM niet-ontvankelijk zou moeten worden verklaard. Afgelopen juni heeft de familie voor het verkrijgen van deze stukken bij het politiebureau gedemonstreerd. Vervolgens zijn deze stukken nog diezelfde maand gevonden en aan het dossier toegevoegd. Het hof is van oordeel dat het betreffende dossier een voorbereidend onderzoek betrof. Nu de stukken alsnog aan het dossier zijn toegevoegd is het niet nodig om het OM niet-ontvankelijk te verklaren.